De volgende ochtend zitten er verschillende gemoedstoestanden aan tafel; van ongelofelijk kwaad tot gniffelend en nagenietend. Ruddy gaat de parkeermeter vullen en komt glunderend terug : "Manne, na hemme wijlie sjans! Tis met en wijlie zijn den ieste oto die der mag stoan!!!"
Gerustgesteld beginnen wij aan het ontbijt (zonder choco) en gaan daarna toch maar eens naar de markt, Arles heeft een superschattige en aangename markt, dus daar moeten we van profiteren!
Aangekomen op de markt zien we de echte situatie : wij staan gewoon OP de markt! Helemaal ingesloten door kraampjes en camionettes!!! We zullen dan maar eerst een toerke op de markt doen, weggeraken is niet voor direct! En blijkbaar word je hier normaal weggesleept!!!! En wij niet ? We zien er niet echt uit als lokale marktkramers met onze jeep met Belgische nummerplaat en corbeillard-bak op de trekhaak!
We schuimen de markt af en vooral Da Ruddy maakt overal vrienden, vooral bij de marktkramers, hij gaat net niet naar huis met een volledig gerookt koebeen, alleen maar met veel te duur betaalde noga.
Maar tegen 11.00 willen we toch graag vertrekken naar de boot, er is daar ook nog het één en ander te doen! Dus stappen we met knikkende knieën in de auto, want aan het einde staat iemand in uniform alle verkeer dat op en van de markt wil te controleren ...
Als bij wonder, het moeten Ruddy's magische krachten geweest zijn, laat die man ons zomaar passeren, vraagt zelfs niet naar papieren en sluit het hek achter ons.
Ik leid de mannen door de Camargue naar Port Saint-Louis en als toemaatje mogen we nog een pontje nemen ook. :-)
Nadat alle losliggende delen professioneel zijn ingepakt en wij met de laatste formaliteiten bezig zijn, is Ruddy weer vriendjes aan het maken, hoe doet hij dat toch ? Het sleuteltje van de kofferbak dat gisteren hopeloos verdween is teruggevonden en hij leert er enkele werkmannen kennen die ons met plezier rondvoeren op het terrein om naar een paar speciallekes (ja, ze zijn van Antwerpen) te laten zien. Ze wonen al enkele jaren op het terrein en kennen elk verhaal achter elke boot. Ruddy's ultieme droom om eens in een golfkarreke te rijden komt eindelijk uit, hij mag zelfs zelf rijden!
We bekijken een paar pareltjes (volgens de mannen : hoe meer nullen in de prijs hoe geweldiger de boot) van een paar paar miljoenen euro's en horen enorm veel (soms pijnlijke) verhalen over (vergane) glorie en (kapotte) dromen die nu in Port-Saint-Louis liggen te liggen of staan te staan.
Als toetje eindigen we op de polyesterwerf van de kerel die toevallig ook voor Eric Lerouge (ontwerper van de Plume d'Ange(r)) gewerkt heeft en die nota bene zelfs Jimmy's project kent. Wat is de wereld toch weer klein!!!
Om het toch een beetje compact te houden, een fotoreportage :