Vaguebond - The Movie

 Marketing, het is een vak apart. Wanneer we op kantoor de beelden bekijken van de instructiefilmpjes waarin enkele collega’s met de daver op hun lijf het gebruik van een AIS uitleggen voor een blauwe muur met logo, kijken we allebei meewarig naar elkaar. Komaan, dit is 2017! Mijn trainershart bloedt bij het zien van deze beelden.

Hier wordt een fantastisch product gemaakt en eentje dat je perfect bevattelijk, instructief en overduidelijk kan demonstreren! Best vanaf een boot, met live actie en het product in de praktijk.


Het duurt dan ook niet lang voor het marketingteam en een cameraploeg ’s avonds op Vaguebond binnenvallen met een karrenvracht aan materiaal voor een eerste opnamesessie van het scenario ‘Anchorwatch’.

Ik probeer wat Belgische verwijzingen het beeld in te sluizen en ook Balthazar, Piep, Wiki en Wolleke krijgen subtiel hun ‘minute of faim’. Ivan trekt zijn beste slaapoutfit aan die ook voor de jongere kijkers door de beugel kan en speelt de argeloze schipper die midden in de nacht uit zijn bed getoet, gepiept of gebibberd wordt door afwisselend de AIS-unit, smartphone en smartwatch. Als een volleerde hollywoodster springt hij uit bed en haast zich naar buiten om het dreggende anker op te halen en Vaguebond te redden.

Mensen achter de schermen mogen niet in beeld komen !!!


Een paar dagen later scheept een nieuw team in op Vaguebond om zonder twijfel de meest hilarische werkdag ooit mee te maken. Betaald worden om een hele dag te gaan zeilen in stralend weer en met je eigen boot en man als filmsterren, wat hebben wij een leven!

Mylon, onze (wel erg knappe) cameraman doet mijn hart een paar slagen sneller slaan wanneer hij vertelt dat hij zijn drone meegebracht heeft. Gaan we straks onze Vaguebond echt vanuit de lucht zien zeilen? Dat is ‘sooooooo cool’! (Ok, vergeet even het feit dat wij drones degoutant vinden wanneer ze over een stille paradijselijke ankerplek zoeven en filmen wat er op ons bord ligt en in ons glas zit!)

We kunnen het niet beter treffen, de hele dag schijnt de zon genadeloos, met een paar wolken op de achtergrond die de dramatiek van de beelden alleen maar versterken, een spiegelgladde zee die mooie weerkaatsingen geeft, een volle koelkast en een team dat er enorm veel zin in heeft, je zou voor minder.

We simuleren aanvaringskoersen, droppen ankers en gooien mannen in het water tot we alle situaties op het AIS-scherm, de telefoon en het horloge hebben kunnen filmen. Terwijl de mannen zorgen dat Ivan’s haar goed genoeg ligt, de kleur van zijn ogen mooi uitkomt bij het gesimuleerde alarm en Cyrus echt realistisch overboord valt, hou ik me bezig met de boot op koers en de zeilen vol te houden.

De meeste takes moeten maar één keer gedaan worden, onze acteurs zijn rasechte toptalenten, met Ivan op kop. Boekingen zijn mogelijk via zijn manager en bookingagent, ik.

Het MOB*-manoeuvre is voor ons allemaal het meest hilarische en wordt vanuit vier camerapunten gefilmd. Het beangstigende is de snelheid waarmee het fluogele stipje dat Cyrus is uit het zicht verdwijnt. Er staat nauwelijks wind, nauwelijks golfslag en we zijn met twee mensen totaal op ons gemak en bedacht op wat zo dadelijk staat te gebeuren. In realiteit zou dit een totaal andere situatie zijn, de tweede man/vrouw zou waarschijnlijk benedendeks zijn en de andere niet eens zien vallen. Hem/haar ‘niet uit het oog verliezen’ (zoals de theorie voorschrijft als zijnde het allerbelangrijkste om een drenkeling terug te vinden) is daarbij al totaal onmogelijk. Daarenboven zou de boot veel sneller varen dan nu, er zouden golven zijn en 50% kans dat het ’s nachts gebeurt. Als de man/vrouw aan boord de andere niet heeft zien vallen kan hij/zij ook geen MOB alarm activeren…

Zelfs als je het ongeluk zag gebeuren moet je als enige aan boord nog steeds je drenkeling in het oog houden en tegelijk de boot vertragen, draaien, de zeilen lossen en zorgen dat je zelf niet overboord geslagen wordt door flapperende touwen. Tel daarbij nog eens de paniek en de angst om je grote liefde die je dreigt kwijt te geraken. Eerlijk? Ik zie zo’n situatie nooit goedkomen als je maar met zijn tweetjes bent en ik ben er doodsbang voor.

(Bekijk hieronder de 'making of')

We nemen altijd alle mogelijke voorzorgsmaatregelen : ’s nachts en wanneer je overdag alleen aan dek zit of uit de kuip moet, altijd met reddingsvest, altijd aangelijnd. Maar zelfs op een kalme dag kunnen ongelukken gebeuren, het hoeft niet eens hard te waaien, er zijn geen grote golven voor nodig. De ervaring van vandaag heeft mij helemaal overtuigd, er komen PLB’s** op onze reddingsvesten! 

En ik wil een smartwatch, die app is geweldig!

Gelukkig hebben wij vandaag ook Dingel meegenomen en haalt Tom Cyrus uit het water, natuurlijk pas nadat alle nodige beelden geschoten werden, inclusief de (allesovertreffende, prachtige) dronebeelden. Onze oude reddingsvest met een cartridge geproduceerd in 2004, deed het nog en hield Cyrus drijvende, zijn wetsuit hield hem warm en na het zware werk kon de hele crew genieten van de gevulde koelkast.

Wij willen nog zo’n werkdagen!


Geniet hier mee van het eindresultaat :

En voor meer technische informatie over AIS en de fantastische DeckWatch app : https://www2.vespermarine.com/deckwatch


 *MOB : Man Over Boord

 

**PLB : Personal Location Beacon – een klein toestel dat je op je reddingsvest bevestigt en je positie weergeeft op de AIS, zo weet je altijd perfect waar je drenkeling zich bevindt, ongeacht slechte zichtbaarheid, hoge golven, impact van wind en stroming.


MEER LEZEN ?



De context gekaderd

Al weken is het een drukte van jewelste in mijn hoofd. Verschillende stemmetjes proberen het hoogst van de toren te blazen. Ze jubelen, ratelen en razen, zeuren en klagen. Ze stil krijgen is moeilijker dan ik dacht. Zware beslissingen hebben zware gevolgen, sommigen daarvan hebben we heel bewust ingecalculeerd, anderen iets minder. Van sommigen wisten we niet eens dat ze inbegrepen waren. En die stemmetjes worden het maar niet eens.

Feit 1 : Ivan en ik hebben twee jaar, 7/7, 24/24 onafgebroken als de grootste gelukzakken samengeleefd op een oppervlakte niet groter dan een tuinhuis. En het zijn zonder twijfel de twee mooiste jaren uit ons leven (samen) geweest.

Feit 2 : We kregen hier een fantastische kans aangeboden en hebben die met beide handen aangenomen.

Feit 3 : Ons plan is nog niet rond, we zijn halfweg en willen absoluut terugkeren naar het meest fantastische leven zoals we dat de voorbije jaren gekend hebben (zie feit 1).

Gevolg : Om ‘feit 3’ te kunnen verwezenlijken en ‘feit 1’ in een permanente staat te kunnen doorbrengen, hebben we ‘feit 2’ hard nodig.

Onze reis rond de wereld was begroot op 4 à 5 jaar, daarna moeten we sowieso weer aan het werk. Om ‘feit 1’ op meer permanente basis vol te houden moet er dus meer geld in het laatje komen, waar ‘feit 2’ in werking schiet.

En zo vertrekt Ivan elke morgen met zijn ‘carnichère’ met boterhammekes naar zijn werk. Na amper 20 minuutjes wandelen komt hij rond 9.00 als eerste of tweede aan op kantoor, de New Zealand way.

Van zodra Ivan vertrekt begint ook mijn dag. Maar ik ben voor het eerst in jaren helemaal alleen. De ene dag gaat me dat beter af dan de andere. Ik ben er ondertussen al achter dat een leven als huisvrouw niets voor mij is. De dagelijkse sleur van winkelen, koken en kuisen kan mij maar weinig bekoren, veel voldoening haal ik niet uit een propere keuken of een geslaagd Meuzeke (nvdr : Jeroen Meus is Belgische (tv-)kok).

’s Morgens parkeer ik mij met de thermos thee en mijn laptop in het zonnetje in de kuip, zicht op de haven. Na het overlopen van honderden vacatures, cv’s aanpassen en lollige brieven schrijven (ook wel eens solliciteren genoemd), lijk ik steevast hetzelfde antwoord te krijgen : Ervaring genoeg, mooi cv, breed inzetbaar maar … geen ervaring op de Nieuw-Zeelandse werkvloer. Via via krijg ik meer persoonlijke emailadressen en verwijzingen naar mensen die me kunnen helpen. Er zal wel iets uit de bus komen, het is alleen een frustrerende bezigheid.

Gelukkig telt een dag twee delen en ligt de hele namiddag open voor leukere bezigheden. De dichtstbijzijnde supermarkt ligt op een half uur wandelen van de boot, met een ommetje door de stad of langs de waterkant met een stopje bij mijn favoriete koffiebar wordt die wandeling al snel een paar uur lang. Als ik geluk hebt, stopt een van de mannen van de marina op weg naar huis en dropt mij, en mijn boodschappen, voor onze ponton af. Twee keer per week ga ik een uurtje zwemmen, weer gecombineerd met een lange wandeling naar het zwembad, het is wachten op iets warmere temperaturen en dan gaan de zwemuurtjes gewoon in zee door. Elke avond doen we een havenwandeling, nog even de stad in, een filmpje meepikken of we nemen de slowcooker mee in de auto en eten ons avondeten op een van de honderden strandjes op minder dan een half uurtje rijden. Het leven hier heeft veel mooie kanten.

Op vrijdagmiddag straal ik harder dan alle regenbogen in Auckland (en dat zijn er massaal veel, vaak dubbele), ik mag sinds kort de Rum Races meezeilen op een van de racebootjes van de club. Binnen enkele weken beginnen de Wednesday Women Series en tijdens het zomerseizoen worden er bijna dagelijks wedstrijden gevaren. Zonder twijfel een van de mooiste kanten van leven in Auckland, City of Sails!

 

De weekends zijn helemaal top, als er geen wedstrijd is gaan we dikwijls met Vaguebond op stap, dit weekend zijn we voor het eerst in maanden nog eens gaan duiken, zalig! Overal rondom ons liggen natuurdomeinen en stranden dus aan wandelingen ook geen gebrek.

Mogen en kunnen leven en werken in het buitenland is een buitengewone kans maar het blijkt lastiger dan we dachten om onze reisplannen eventjes op te bergen en terug in te stappen in het dagelijks ritme van werken in een totaal nieuw land waar we niemand kennen. Sommige gevolgen leer je pas kennen na de weloverwogen beslissing.

We kennen de theorie en weten dat het allemaal deel uitmaakt van het ‘integreren’, met hoge toppen en diepe dalen. We weten ook dat integreren een proces is en het een tijdje duurt voor je je helemaal thuis voelt. En we weten net zo goed dat we, als we echt willen, volgend jaar gewoon weer verder kunnen, die andere helft van de wereld ligt nog altijd op ons te wachten. Momenteel weten we gewoon niet wat we echt willen.

Sinds enkele weken hebben we allebei een iets afwijkende visie op ons nieuwe leven :

Ivan MOET weer elke dag gaan werken en dat ligt wat lastig, hij is nooit sterk geweest in ‘moeten’. Ook al weet hij dat we sowieso ergens weer aan de slag -wel ja- moeten, en dat er daarvoor geen betere plek denkbaar is dan Nieuw-Zeeland, de aanpassing naar het “gewone werkleven” is toch een serieuze uitdaging.

Ik, aan de andere kant, ben jaloers dat hij elke dag MAG gaan werken. Kwestie van perspectief zeker?

Van een ding zijn we zeker : we willen dit voor geen geld missen! Alles is nieuw, en het is duidelijk dat we nog veel te leren hebben. We zijn aan dit avontuur begonnen zonder handleiding en ontdekken nu alle facetten van ons nieuw leven. Er zijn geen twee kanten aan dit verhaal, er zijn er honderden en we willen ze allemaal leren kennen!

Wacht maar, straks schrijf ik een hele handleiding over leven in Auckland!


LEES OOK



Auckland, lady in red

Al twee dagen kleurt Auckland rood. Nee, geen stakers of betogers getooid in rode vuilniszakken maar wel rode t-shirts, polo’s, sweatshirts, fleecen, jassen, petjes en sjaals. Onder de rode bovenkledij zien we op regelmatige basis groen geruite broeken en kilts opdagen. De Ierse pubs zitten van ’s morgens tot ’s avonds vol met zingende en lachende mensen, Sweet Caroline schalt al twee dagen door ons hoofd… De cafe’s hebben extra koelkasten en bier buiten staan om de meute aan te kunnen en alle terrasjes zitten afgeladen vol. Midden in de week, midden op de dag…
Iets missen we, maar wat?
De werkmannen in de haven spreken ons aan over ‘The Game’ maar het lijkt er niet op dat ze het over de finale van de America’s Cup hebben want de wedstrijd tussen Emirates Team New Zealand en Oracledit weekend is niet eens beslissend, de teamkleuren zijn niet rood en groen en het zeilteam heeft geen specifieke linken met Engeland, Ierland, Wales of Schotland waarvan de vlaggen de stad sieren. (nvdr : ondertussen verpletterde het Nieuw-Zeelandse team met overtuiging de Amerikanen en bracht de Cup naar huis - hij staat hier op een mini-boogscheut van Vaguebondtepronken!) We durven het ook niet te vragen, zo te horen zien ze ons niet als toeristen en dat willen we graag zo houden.
Google dan maar. Blijkt dat dit weekend de belangrijkste rugbywedstrijd in 12 jaar gespeeld wordt. Juist ja, rugby… Een van Nieuw-Zeelands nationale sporten (naast zeilen) waar we evenveel affiniteit voor koesteren als voor die sport waar in Europa veel te veel primetime, geld en politiemensen aan worden verspild.
Rugby dus, een hoop stoere kerels die elkaar proberen te vermoorden om een eivormige bal.
We vragen ons af wie de arme tegenstander van de rode ploeg moet zijn want het enige dat we in de stad zien is rood, roder en roodst. Met leeuwen, draken en occasionele zonnebloemen gedrapeerd rond roodaangelopen gezichten.
Al het rood in de stad blijken supporters te zijn van de Irish and British Lions. Een eliteploeg die bestaat uit de allerbeste spelers van Engeland, Ierland, Schotland en Wales. In deze ploeg mogen spelen wordt aanzien als de allerhoogste onderscheiding in een mensenleven. Nochtans speelt deze ploeg geen competitie, het is de All Star-ploeg van het rugby, een showploeg dus.
De tegenstanders van vandaag zijn de All Blacks, wereldwijd de allerbeste ploeg rugbyspelers. Wij gaan natuurlijk altijd voor de underdog en vermits er nauwelijks supporters voor de Nationale Ploeg zijn, zullen wij een van hun supporters zijn vanavond. 
Wanneer rode mensen op straat een paar durvers tegenkomen die volledig in het zwart gekleed zijn, geven ze elkaar een high five en wensen elkaar veel succes vanavond, in de fan-zone (en in de stad) zien we nergens nadarhekken, security of politie. Er lopen duizenden mensen binnen en buiten met rugzakken en grote tassen, de VIP’s lopen tussen het ‘gewone’ volk en de toiletten met airco zijn voor iedereen toegankelijk. We weten niet wat we zien.

Om 17.00 vertrekken meer dan 4000 rode mannen, vrouwen en kinderen te voet naar het Eden Park stadion voor een wandeling van 4,2km. Er wordt gratis water en koffie geschonken voor de wandelaars en de sfeer is er eentje van een grote familie-uitstap. Wij beslissen om eerst aan boord te gaan eten en terug naar de stad te gaan voor de wedstrijd begint, dat geeft ons ineens de kans om de spelregels eens op te zoeken…

Wanneer we een paar uur later aan het eerste cafeetje komen horen we iets dat op een volkslied lijkt en kunnen we ons nog net op tijd voor het raam parkeren om de wereldwijd gekende haka (krijgsdans) van de All Blacks te zien waarmee ze steevast een wedstrijd beginnen - klik hieronder op één van de stoere binken en kijk voor jezelf. Daarna haasten we ons naar de fan-zone om op een van de reuzenschermen de wedstrijd te volgen.

Rugby blijkt, ondanks het agressieve uiterlijk, een veel beschaafdere sport te zijn dan ik voor mogelijk hield. Ja, er wordt geduwd en getrokken maar er is geen sprake van agressie of smerig spel.We zien geen spelers die de ene sekonde gillend over het gras rollen alsof ze voor de rest van hun leven verlamd zijn omdat ze over een grassprietje struikelden om twee sekonden later weer zo hip als een hoentje achter de bal te lopen. Twee acties leken ons erg pijnlijk en dat werd bevestigd door een gescheurde hamstring en een hersenschudding, beiden het gevolg van een ongelukkig botsen van lichaamsdelen, niet door een bewust opgezochte confrontatie. Iemand die een trap in zijn maag (of iets lager, nog pijnlijker) krijgt, wacht een sekonde tot de sterretjes rond zijn hoofd verdwijnen en speelt verder, geen komedie, geen gedoe. 
Het hoort erbij en als je er niet tegen kunt, ga je maar voetballen.
Bij het eerste punt van het rode team gaan de honderden supporters in de tent en op het plein uit hun dak. We weten niet of het nog wel zo verstandig is om voor het zwarte team te supporteren, hoe verdraagzaam en vriendelijk de mensen hier ook zijn…
Bij het eerste punt van het zwarte team juichen dezelfde fans minstens even uitzinnig! Asjemenou?!?

Dit is even geweldig als bizar. Ook als we de beelden van het publiek op de tribunes 4,2 km verder zien, merken we dat de supporters kriskras door elkaar zitten en hetzelfde uitzinnige enthousiasme delen voor beide ploegen! Ook al begrijp ik nog altijd bitterweinig van het spel, de sfeer zit alvast goed.


De Lions toeren de volgende weken verder door Nieuw-Zeeland en duizenden fans volgen hen door het hele land. Je kan zelfs tours boeken, inclusief vliegtuigtickets, campervans, hotels en wedstrijdtickets. Zo gek zijn we niet maar de volgende wedstrijd tussen de All Blacks en de Lions vind je ons zeker terug in de fan-zone. 
En voor wie het interesseert, de All Blacks wonnen vanavond…

Ook de volgende en laatste wedstrijd van de All Blacks tegen de Lions gingen we bekijken. We vonden nog net een plekje tussen de honderden supporters op het plein met het reuzenreuzenscherm, de tent met 10 reuzenschermen was vol. Maar het resultaat was heel wat minder spectaculair. De wedstrijd bestond meer uit scrums en ingooien dan uit lopen en tactiek, de ene fout (die wij natuurlijk weer niet zagen) volgde de andere op, 90 minuten lang leek het spel stil te liggen. Om te eindigen in een gelijkspel! Gelijkspel! Geen penalties, geen verlenging, niks. Stel je voor dat een grandslam finale in het tennis zo zou eindigen, of een WK volleybal?!? Duizenden fans dropen af, de Series zijn afgelopen en er is geen winnaar, geen verliezer ook dus, maar toch. Voor ons was de finale meer een non-event.


LEES OOK



Kafka, het einde nabij.


Vandaag, op de verjaardag van Franz Kafka, drinken wij een glaasje, drink er eentje mee!


Kort na het verschijnen van de vorige blog, kregen we het verlossende antwoord van Aaron, onze evaluator bij NZQA. Ivan’s diploma kreeg een 8! Een droomscenario! Hiermee gaan alle deuren in Nieuw-Zeeland open en ons immigratiedossier zal hiermee geen duimbreed meer in de weg gelegd worden! Tijd voor een eerste feestje bij dit fantastische nieuws.

Het feestje zou toch wat vertraging oplopen, deze uitkomst bleek heel slecht te vallen op de al weken opgebouwde stress in Ivan’s maag en alles wat nog maar van ver aan eten en drinken deed denken was reden om hem lijkbleek richting badkamer te doen kruipen. Maar we hadden al zoveel geduld gehad, een dagje meer zou het verschil ook niet maken, we waren geslaagd en dat zal ook morgen nog steeds zo zijn. We kijken er in elk geval naar uit om Auckland nu echt onze 'thuis' te noemen!

Tot we ’s avonds een mail krijgen van Phoebe. In Beijing, waar onze immigratie-beambte werkt, is het vier uur vroeger dan hier. Er staat een kleine nota op het verslag van NZQA waardoor ze Ivan geen werkvisum kan verschaffen…

Onze wereld stort helemaal in. Dit kan niet waar zijn! De nota luidt als volgt : hoewel wij uw diploma als een niveau 8 inschalen (het hoogst mogelijke voor een ingenieur) bestaat er geen gelijkaardige opleiding in Nieuw-Zeeland op dit niveau, een van de vereisten voor het visum. Dus ook al staat Ivan's diploma op de lijst van broodnodige talenten, omdat Nieuw-Zeeland de opleiding op dat niveau zelf niet aanbiedt, mag Ivan hier ook niet werken...

De enige oplossing zou zijn een nieuwe procedure op te starten bij de ingenieurscommissie, een paar duizend euro extra, nog meer papieren en weer eens drie à vier maanden wachten. Ons toeristenvisum is nog maar 40 dagen geldig…

Ik heb me lang goed gehouden en blijven geloven in een goeie uitkomst. Maar nu is ook voor mij de maat vol. We hebben alles driedubbel gecheckt en zouden nooit aan dit proces begonnen zijn als we niet 100% zeker waren dat we aan alle eisen voldeden. Hoe kan één zinnetje op een rapport met grootste onderscheiding nu betekenen dat je faliekant gebuisd bent?

Die nacht slapen we geen van beiden echt goed, de emmer staat naast ons bed. Met de moed der wanhoop bellen we de volgende ochtend NZQA. Phoebe, onze immigratie-beambte, had al een mail gestuurd met de vraag of ze de evaluatie eventueel zouden kunnen aanpassen volgens één van de vijf door haar aangehaalde mogelijkheden waardoor ze Ivan een geldig visum kan geven. De schat!

Een telefoontje leert ons dat NZQA Ivan ingeschaald heeft op basis van een Ingenieur Elektriciteit en niet op basis van een Industrieel Ingenieur Electronica wat in de evaluatie een verschil maakt. De aanvraag was gebeurd op basis van die laatste maar ergens onderweg zijn ze beide met elkaar gaan verwarren en hebben ze de uitkomst op de eerste gebaseerd. Foutief dus.

Terwijl NZQA overlegt met immigratie in Auckland en met het team, hebben wij zonder twijfel de zwartste dag in ons leven. We staan volledig voor blok. Ons visum verloopt binnen 40 dagen maar doorzeilen is niet echt meer een optie, het seizoen is al te ver gevorderd en we zouden op enkele maanden tijd meer dan 8000 mijl (ongeveer 15000km) moeten overbruggen. We zouden niets meer zien van de paradijzen onderweg. Fiji, Vanuatu, Solomon, Nieuw-Caledonië en Indonesië zouden we gewoon voorbijzeilen om voor het volgend orkaanseizoen nog in Thailand te geraken. Om van de financiële aderlating nog maar te zwijgen. We verplichten onszelf om de realiteit onder ogen te zien. We zullen Vaguebond moeten achterlaten in Nieuw-Zeeland en naar België komen om te werken en budget op te bouwen om Vaguebond een jaar later naar huis te brengen.

Hier stopt alles. Onze droom, onze toekomst, onze plannen.

Hoe moeten we nu verder?

Enkele uren later krijgen we weer mail van NZQA, met uiterst verrassend nieuws : ze hebben de nota vervangen, met excuses voor de foute communicatie. De nieuwe nota zegt : wij schalen uw diploma in op niveau 8. Ook al bestaat er geen evenwaardige opleiding op dit niveau, toch bevestigen wij dat uw kwalificaties voldoen aan de vereisten van een Nieuw-Zeelandse opleiding ingenieur.

We zijn nog altijd helemaal ondersteboven van het nieuws van deze morgen en hopen nergens meer op, Kafka zal er nog wel eens aan te pas komen… en zijn beste vriend, Murphy.

Dit nieuwe attest wordt naar immigratie gestuurd en een klein uur later krijgen we weer mail uit Beijing met een klein attachment aan…

De drie mooiste pagina’s die we al ooit gezien hebben. Die we 100 keer opnieuw lezen om zeker te zijn. Die we in drievoud afdrukken en elk uur opnieuw vastnemen maar nog altijd niet echt kunnen geloven :

Ivan kreeg een werkvisum! Het is gelukt!

We blijven elkaar in de armen knijpen. Gelukkig is het winter en dragen we lange mouwen en gelukkig is ons medisch dossier al ingevoerd bij immigratie. Ze zouden zich nogal vragen stellen bij onze blauwe plekken! Maar we beginnen stilaan te geloven dat het papier echt is.

Deze huiveringwekkende thriller met een apocalyptisch einde is uitgelezen, de deus-ex-machina kwam zijn wonderen verrichten, alvast voor episode 2. We hopen dat episode 3, mijn visum, ons niet weer in zo’n rollercoaster stopt. De duizelingwekkende hoogten en kolossale diepten waar we op enkele uren doorheen vlogen zijn echt niet voor herhaling vatbaar!

En die emmer mag ook weg!

Auckland, we’re here to stay!


(Met oneindig veel dank aan Phoebe en Aaron die ons echt wilden helpen en ervoor gezorgd hebben dat alles goedkwam)


LEES OOK de andere afleveringen van de Kafkatrilogie :



Kafka, de sequel.


Op de vooravond van de verjaardag van Franz Kafka -3 juli-, die sinds kort ook uitgeroepen werd tot De Dag tegen Bureaucratie, lijken de ons omringende omstandigheden Kafka alle eer aan te doen!


Ken je dat gevoel? Alsof je niet langer baas bent in je eigen leven maar iemand anders achter de schermen aan de touwtjes trekt? Alsof je continu in de gaten wordt gehouden maar je niet weet door wie? Alsof je in een van die triestige gemanipuleerde ‘reality-shows’ speelt zonder ooit gesolliciteerd te hebben.

We lijken in een parallel universum te leven en geen vat meer te hebben op de dingen die gebeuren. Ons geduld wordt danig op de proef gesteld, dat is zeker, en we we worden van de ene 'joepie' naar de andere 'oh neeeeeee!!!!' geworpen.
Sinds het kafkaiaans bankperikel blijven we Kafka elke dag tegenkomen. We hebben zelfs al besloten om onze volgenda kat Kafka te noemen.
Eerst is er het NZQA-dossier. Om in Nieuw-Zeeland te mogen werken wordt je diploma ingeschaald volgens Nieuw-Zeelandse normen. De NZQA bekijkt je diploma, vergelijkt het met hun eigen studiepunten, colleges, curriculae, proefschriften en we vermoeden zelfs met de maat onderbroeken en de lengte van de baarden van de professors. Voor sommige diploma’s en specialisaties is zo’n inschaling niet nodig. Ze staan op een uitzonderingslijst, het gaat om mensen die ze in Nieuw-Zeeland nodig hebben en waarvan ze de waarde al kennen, zo kunnen ze sneller aan de slag.
Ivan’s diploma stond tot vorig jaar op die lijst maar door het samengaan van hogescholen en uniefs in België, en daardoor ook hun administratie, is iemand vergeten door te geven dat dat diploma nog steeds aan dezelfde normen voldoet die vereist zijn voor de lijst van vrijgestelde diploma’s. Daardoor wordt Ivan’s diploma, dat al jaren gekend en ingeschaald is plots een totaal nieuw dossier.
Je houdt het niet voor mogelijk wat ze allemaal vragen, waarvan ze originelen willen, kopies, originele kopies, al dan niet geverifieerd door het vredegerecht hier en vertaald door een beëdigd vertaler, afschriften van curriculae, transcripts van colleges en cursussen, bevestigingen van accreditaties, je schoenmaat en het jaar waarin je zelf je veters kon knopen, bevestigd door een geaccrediteerde kleuterjuf, vertaald door een beëdigd vertaler en geverifieerd door het vredegerecht.
We kozen voor een spoedprocedure, het inschalen van een diploma (dat ze in dit geval al 20 jaar kennen) kan drie à vier maanden duren en we zouden echt wel graag eens vooruitgaan. We betaalden dus de paar honderden extra euro om het binnen vier weken in orde te krijgen.
Nu, vier weken en een half na het binnenbrengen van alle nodige papieren, laat onze advisor weten dat hij enkel nog wacht op de bevestiging dat Karel de Grote Hogeschool in 1997 een geaccrediteerde onderwijsinstelling was van het koninkrijk België. Normaal antwoorden die mensen snel naar het schijnt maar hij krijgt na tien dagen en drie emails maar geen antwoord. Dus kruipt Ivan in zijn pen en telefoon om ’s avonds, wanneer de advisor’s werkdag erop zit maar in België de werkdag begint, proberen de juiste mensen te pakken te krijgen.
Poging 1 : zelf een mail sturen naar NARIC, de Vlaamse afdeling van het Belgische equivalent van NZQA. Geen antwoord.
Poging 2 : NARIC telefonisch proberen te bereiken, via het algemene 1700-nummer voor al uw vragen aan de Vlaamse Overheid. Juffrouw aan de telefoon : “Maar meneer, u heeft geen idee hoe vol onze mailboxen zitten! Twee weken, zegt u? Het is hier zo druk in onze mailboxen! Als u binnen een week geen antwoord heeft, belt u maar terug.” Op Ivan’s vraag of ze kan kijken of de mails van onze advisor dan wel zijn toegekomen zegt ze : “Meneer, ik ga niet over de mailbox, ik kan u niet helpen.” Echt? Serieus?
Kafka? Iemand?
Een dag later, krijgt Ivan antwoord van een ander genie bij de Vlaamse Overheid. Dat ze nooit de mails van onze advisor heeft ontvangen en dat hij waarschijnlijk het foute emailadres gebruikt heeft. Kan zij niets aan doen, met beleefde groeten, Kelly T (we hebben een minister met dezelfde naam wiens felomstreden taks dan toch eindelijk afgeschaft werd). Het antwoord op Ivan’s vraag blijft ze schuldig, ze ging waarschijnlijk niet over mails van meer dan 1 paragraaf.
Kafka? Iemand?
Dezelfde dag ontvangt onze advisor het zo moeilijk te verkrijgen antwoord (“Ja, KdG was een geaccrediteerde onderwijsinstelling in 1997.”) via een andere dossierbeheerder die na drie weken dan toch de vereiste rechten kreeg om een mail te sturen met meer dan drie woorden.
Kafka? Iemand?
Ondertussen probeerden we ook via een andere piste, via Karel de Grote en de UA. Eentje die alle lof verdient. De mensen daar hebben al meer dan eens een extra handje uitgestoken, rondgebeld tot we de juiste persoon hadden, mails gestuurd, geïnformeerd, transcripts ingescand en geholpen waar ze konden. Op deze diensten vonden we bereidwillige, vriendelijke, hulpvaardige en proactieve mensen. Van hen kregen we, nadat we weken tevergeefs wachtten op een antwoord van de Vlaamse Overheid, het felbegeerde document na een simpel telefoontje, ondertekend door de rector van de UA himself, speciaal voor Ivan opgesteld, meteen in het Engels. Alsjeblieft! 
En dus kan stap 1 van ons hele immigratiedossier misschien deze week afgerond worden zodat we aan het tweede Kafkadossier kunnen werken, het visum.
Om het visum in orde te krijgen, moet eerst NZQA een score bepalen voor Ivan’s diploma. Daarnaast hebben ze natuurlijk nog een massa andere paperassen nodig, inderdaad : originelen, kopies, originele kopies, al dan niet geverifieerd door het vredegerecht, politiecertificaten, bankafschriften, de maat van Ivan’s hoofd en borstomtrek, zijn hemdmaat, schoenmaat en het jaar waarin hij zelf zijn veters kon knopen, bevestigd door een geaccrediteerde kleuterjuf, vertaald door een beëdigd vertaler en geverifieerd door het vredegerecht. De dossierbeheerder liet al weten dat ze enkel op zijn score wacht dus we hopen dat ook dat snel in orde komt.
De laatste stap, mijn partnervisum, kon niet online worden binnengebracht dus brachten we alles op papier naar de Dienst Immigratie. Inderdaad,  originelen, kopies, originele kopies en dubbels al dan niet geverifieerd door het vredegerecht, resultaten van bloedonderzoek, originele liefdesbrieven die Ivan mij ooit schreef, het certificaat van echtheid van mijn trouwring, het adres van ons eerste afspraakje (er waren geen camera’s want ze wilden eigenlijk de camerabeelden), mijn bh-maat en schoenmaat en het jaar waarin ikzelf mijn veters kon knopen, bevestigd door een geaccrediteerde kleuterjuf, vertaald door een beëdigd vertaler en geverifieerd door het vredegerecht.
Maar vandaag, drie weken later, hebben we zelfs niet eens de bevestiging van ontvangst gekregen...
Kafka? Iemand?
Wie Ivan kent, weet dat hij het leven eerder stoïcijns bekijkt en zich niet snel (nooit) druk maakt. ‘Maak je niet druk in problemen die er (nog) niet zijn’ en ‘Gaat er iemand dood misschien als dat nu niet direct gebeurt’, zijn zijn lijfspreuken. Ook al heb ik dankzij hem al veel leren relativeren, toch kan ik mij enorm opboeien als hij zich, zonder nadenken, ergens in stort terwijl ik 101 risico’s zie en alleen dingen die slecht aflopen. Nochtans ben ik momenteel de kalmte zelve : geduld, het gaat om administratie, we werken nu met de overheidsdiensten en het mag duidelijk zijn dat alles wat daar meesmuilend over gegrapt wordt, spijtig genoeg waar is!
Maar het feit dat er de laatste weken meer stoom uit zijn oren komt dan uit een overwerkte fluitketel, zegt genoeg!
Daarom gaan we, wanneer we maar de kans krijgen, een toertje zeilen. Wandelen en fietsen zijn niet afdoende, pas als hij op het water zit, Vaguebond door het water suist en Ivan aan touwen kan trekken met de zon op zijn gezicht, zie je hem ontspannen, komt die glimlach weer tevoorschijn, de sprankel in zijn oogjes en geniet hij. Gelukkig wonen we daarvoor op een perfect vlak water met vlagerige wind en gevarieerde baaitjes en is het weer hier dikwijls uitnodigend om het water op te gaan.
Nu nog onze visa in orde en Kafka spinnend op zijn schoot en onze wereld is weer helemaal zen!

Hou de blog in het oog, iets zegt ons dat we nog niet aan het einde van deze tunnel zijn...

LEES OOK



En voor wie zulke toestanden graag opvolgt in ons Belgenlandje, google eens naar 'De Bende van de Paarse krokodil' op het wereldwijde web en Facebook. Een van de (waargebeurde) pareltjes is DEZE. Hilarisch triest maar spijtig genoeg realiteit! 

Kafkabank

Net zoals elk ander land, telt Nieuw-Zeeland verschillende banken. Elk met een eigen, duidelijk herkenbare kleur die ons vooral doen denken aan Belgische politieke partijen. Het kleurenpalet omvat een gele, rode, blauwe en groene bank. Omdat de kleur net dat tintje vrolijker en zomerser aanvoelt (en toch ook omdat de voorwaarden ons bevielen) kozen we voor de Groene Bank.

Het opzetten van een rekening was in twee, drie klikken gereed. Twee dagen later kregen we Nellie, onze persoonlijke adviseur aan de lijn. Een vrolijk en supervriendelijk meisje gaf ons na een aantal uiterst vreemde en bizarre vragen onze rekeningnummers en voorlopige paswoorden. Als PurpleZebraxxxx en SilverKiwixxxx konden we alvast online aan onze rekening en er geld opzetten. Geld afhalen, transacties doen en kaarten krijgen kon pas nadat we onze identiteit persoonlijk hadden laten verifiëren en een adresbewijs hadden afgegeven in een plaatselijk kantoor. Een peulschil. In minder dan geen tijd zou ook deze hindernis genomen zijn.

Vrijdag togen we, als onderdeel van onze dagelijkse wandeling, naar een GroeneBankkantoor in de stad, gewapend met onze paspoorten en brieven van de Nieuw-Zeelandse Post. De post bevestigt officieel je adres met een RealMe verificatie, te vergelijken met eID en gebruikt door alle officiële instanties. Om zeker te zijn nemen we ook nog aan ons geadresseerde brieven mee en aan ons gerichte rekeningen, kwestie van voldoende ‘bewijzen’ in handen te hebben.

Maar dat bleek buiten de regeltjes van de Groene Bank gerekend. Zij aanvaarden geen officiële RealMe-brieven. Zij willen bankafschriften zien. Juist ja, bankafschriften! Van een Nieuw-Zeelandse bank, uiteraard. Toen de jongen aan de balie begreep wat een absurditeit hij verkondigde, meldde hij dat een rekening van een elektriciteits- of waterleverancier ook mocht. Maar laten die nu net geregeld worden door het havenkantoor. Of we een huurdersovereenkomst hadden? Ja hoor beste kerel, zie hier : de overeenkomst en zelfs de eerste rekening! Ook dat voldeed niet, op de overeenkomst stond immers geen adres…

Ons paspoort in combinatie met de naam op de overeenkomst en de rekening van dezelfde firma met het adres op was geen twee, maar drie stappen te ver nadenken voor deze arme jongen.

We dachten dat de jongen misschien nog relatief nieuw was en niet durfde na te denken uit schrik iets fout te doen dus probeerden we ander filiaal, hopelijk met iets meer doorwinterde medewerkers die al toestemming kregen om zelf na te denken.

 

We vonden zelfs eentje dat op zaterdag open was en waar we op enkele minuten voor sluitingstijd binnengeraakten. Niet omdat we dat zo planden, wel omdat onze navigatietool ons als wandelaar over bruggen en wegen liet wandelen waar geen wandelaars toegelaten werden of ons over niet-bestaande (maar wel op de kaart getekende) wegjes liet gaan waardoor onze wandeling van een uur en vijftien minuten uitmondde in eentje van meer dan twee uur.

Maar kom, we waren er en hadden zelfs voor contracten als extra bewijs gezorgd. Maar ook daarmee vingen we bot. Bankuittreksels, die hadden ze nodig. Huurovereenkomst + paspoort + rekening was weer niet genoeg. Een bewijs van het havenkantoor dat verklaart dat wij op dat bepaalde adres wonen, dát zou ook alles kunnen oplossen als we echt geen bankafschrift konden voorleggen!

Dus gaat Ivan dat bewijs halen en wandelen we na het weekend vol goede moed naar het eerste Groene Bankkantoor. Zo fier als een gieter spreiden we al ons bewijsmateriaal ten toon. Wanneer de juffrouw ons bewijs meeneemt om het voor te leggen aan de manager voelen we al nattigheid. Als de manager in kwestie met een uitgestreken gezicht terugkomt, knapt er iets in ons. Dit kan niet waar zijn. Drie keer laten ze ons voor nieuw bewijs zorgen, drie keer geven ze ons verkeerd advies en ook nu weer moet het bewijs, waar ze gisteren letterlijk om vroegen, extra gecheckt worden. Op het hoofdkantoor! Plots zien de stempels, logo's en handtekeningen van de marina er toch twijfelachtig uit.

Voor ons is de maat vol, overvol en we nemen niet zo vriendelijk onze bewijsstukken uit de handen van de Domme Gans van dienst die ons succes wenst met zulke ‘attitude’ in haar ‘branche’. We maken maar meteen van de gelegenheid gebruik om het foldertje met ‘Klachten’ voor haar neus mee te pikken.

Stomend van colère lopen we de hoofdstraat van Auckland op, alle banken zitten hier en de kleur kan ons plots veel minder schelen, we gaan ze gewoon allemaal af! De Gele Bank is de eerste maar opent geen rekening voor mensen met een visitorvisa, dat is meteen duidelijk en hier hoeven we dus geen week te verspillen aan verkeerde adviezen en het verkrijgen van belachelijke papieren. De kleur stond ons toch al niet aan.

De volgende is de Blauwe Bank waar we door een ‘snelle jongen’ uit de wachtrij worden gehaald om ons beter te kunnen uitleggen in welke rij we moeten aanschuiven (ja, serieus). Ook hij gaat bij een meerdere (die bezig is met mensen die lang voor ons in de wachtrij stonden -grijns) informeren en komt met hetzelfde slechte nieuws als de Gele Bank. Een beetje wanhopig gezicht, een smeekbede om hulp en Ivan's puppy eyes doen hem nog bij twee anderen informeren waardoor we, voor de anderen in de rij, aan een loket gezet worden. De juffrouw beaamt wat ‘Snelle Jongen’ ons meldde maar laat ons ook meteen weten dat er misschien mogelijkheden zijn. Gelukkig hebben we alle papieren bij en vallen we binnen de uitzonderingsmogelijkheden! Maar we moeten wel een afspraak maken met onze persoonlijke adviseur. Of we woensdag kunnen ?

Vandaag vertrekken we met een klein hartje -en een rugzak vol bewijsmateriaal- naar de Blauwe Bank. Paris ontvangt ons enorm enthousiast en is in de wolken over onze zeilreis. Ze had dus al duidelijk ons mini-dossier gelezen, een goed teken.

Een half uur later wandelen we met onze al werkende bankkaarten de bank buiten!

Leuk zo'n attitude!

En moest het niet gelukt zijn, de Rode Bank was nog iets verder de straat op...


PS : We wachten vol spanning op het telefoontje van de klantendienst van de Groene Bank. Waarom we onze identificatie nog niet volbracht hebben en waarom er geen beweging op onze rekeningen is…


LEES OOK



Is het bij jullie ook zo koud ?

Een aspect vinden wij alvast iets minder aangenaam aan het leven op 37° zuiderbreedte. In theorie kan je deze hoogte vergelijken met het zuiden van Spanje. Maar niemand heeft mij ooit verteld dat ook het zuiden van Spanje ijzig koud kan zijn!

Het is ontegensprekelijk herfst. We hebben al twee jaar dit kleurrijke seizoen mogen missen en zijn daar absoluut niet treurig om geweest. We schommelen momenteel tussen heerlijk zomerse dagen / uren / minuten in t-shirt en flipflops en gruwelijk natte, koude en triestige dagen /uren / minuten waarin windvlagen van 30 knopen rond onze oren blazen. In de  haven midden in een stad, mijlen ver op de rivier!

Gisteren werd onze wandeling een hectische verkleedpartij. Op enkele minuten tijd wisselden we van t-shirt naar fleece, naar regenjas en paraplu en terug naar t-shirt! We mochten 7 keer onze paraplu bovenhalen op een uur tijd, allemaal buitjes van een paar minuten waarbij je doornat wordt, om daarna weer in de perfecte zomerzon te wandelen.

Vandaag kregen we dan weer een stralende zomerdag, perfecte reden om te stoppen in het kleine snoepwinkeltje waar ze het allerlekkerste ijs verkopen (nog steeds Dutch Chocolate en Affogato)!

Eerste poging tot knippen en plakken met foto's ...

De laatste weken begonnen we ons toch maar langzaamaan voor te bereiden op de herfst. We maakten een inventaris van wat we in eerste instantie zouden moeten kopen wanneer we in Auckland aankomen.

We hebben dan wel een boot vol verschenen t-shirts, shorts met gaten, vlekkerige fleecen, verkleurde topjes, rafelende zomerkleedjes en een hele collectie flipflops waar geen twee dezelfde bijzitten maar lange broeken en truien, zelfs t-shirts met lange mouwen, hebben we nauwelijks in onze kasten liggen.

Maar voor we onze plannen nog maar uitgesproken kregen had de herfst ons al ingehaald.

Vannacht kregen we de koudste nacht ooit in mei (in Nieuw-Zeeland) te verduren. Onze verwarming is al een week onderweg, de trackinginfo zegt enkel “in transit tussen Christchurch (van waaruit hij verzonden werd) en Whangarei (waar wij zijn). Ik kruip in mijn bed met een fleece salopette, een extra fleece over mijn hoodie en thermische sokken. Met verkleumde vingers want ik weiger handschoenen aan te doen! Ik ontdekte vandaag dat ik mijn thermisch ondergoed in België heb achtergelaten want dat wilde ik vanaf vanavond ook nog aandoen. We weigeren principieel een elektrisch vuurtje te kopen. Gelukkig kochten we vorige week al lekker warme wintersloefen, spijtig genoeg niet de typische Kiwi-sloefen van omgekeerd schaap.

We dachten dat die niet echt nodig zouden zijn...

Met nacht- en avondtemperaturen binnenin de boot van nauwelijks 10 graden moet ik niet vertellen hoe gezellig het hier binnen is. We hebben ondertussen een heel ritueel om de avond door te komen : rond 4 uur beginnen we met een tas soep, om 6 uur eten we en mag Ivan afwassen (de gelukzak, 15 minuten met zijn handen in heerlijk warm water!), rond 8 uur zet ik een thermos thee en rond 11 uur kruipen we ingepakt onder een dik donsdeken.

 

Wanneer we ’s morgens opstaan, is het buiten warmer dan binnen! Er is wel degelijk een significant nadeel aan een goed geïsoleerde boot! We ontbijten zo veel mogelijk buiten, in de stralende zon. Deze week worden we elke ochtend begroet door Ronnie, onze nieuwe beste vriend. Hij maakt voor ons één van die afschuwelijke Popemobiels. We zijn overstag gegaan, als we aan boord willen wonen -ook in de winter- is het gewoon puur gemak, zo’n veranda. De cockpit blijft droog, we hebben een extra buitenruimte waar we uit de wind kunnen zitten en onze koude en natte pakken te drogen hangen.

Maar we kijken toch vooral uit naar de verwarming, Ivan checkt elk uur het havenkantoor in de hoop dat Vaguebond op het postbord verschijnt maar zolang die er niet is ga ik elke dag in Whangarei al naar winterjassen kijken.

In de winkels werkt de verwarming wel ...


LEES OOK



De eerste stap

 

Het heeft wat voeten in de aarde, zo’n ommezwaai!

SVWondertime - Sara Dawn Johnson
SVWondertime - Sara Dawn Johnson

Ons visum loopt stilaan ten einde. Je krijgt drie maanden bij aankomst en kan dat verlengen tot 6 maanden per kalenderjaar. Dat is onze eerste stap.

 

Ondertussen moet ook ons werkvisum aangevraagd worden. Volgens de Fabeltjeskrant is het met een jobaanbieding een fluitje van een cent om dat visum te krijgen. Heeft iemand al ooit de Fabeltjeskrant gecheckt op ‘fake news’?

 

Er bestaan zoveel verschillende soorten visa dat alleen al door de bomen het bos vinden bijna onmogelijk is. Gelukkig is de telefonische helpdesk van de Dienst Immigratie een pareltje. Ivan is ondertussen waarschijnlijk hun grootste fan en als ze het aantal telefoontjes geografisch gaan peilen staat Whangarei momenteel met stip op nummer 1!

De immigratieregels veranderen (lees: verstrengen) hier elke zes maanden maar we weten ondertussen wel welke paperassen we nodig hebben en welke stappen we moeten ondernemen om de aanvraag in orde krijgen. Op zich valt het allemaal wel mee. Alleen moet Ivan’s diploma gehomologeerd worden door een aparte commissie.

Hij is al 2 dagen bezig om de ‘transcriptie’ van zijn diploma te vertalen. Ik durf onze internetrekening bijna niet meer bekijken maar ben ondertussen meer dan zeker dat in de populariteitsranking van websites, Google, Wikipedia en TecDic.com onwaarschijnlijk hoog scoren deze week. Wie heeft nog interesse in een opleiding van 20 jaar geleden die bijna in niets nog aansluit bij het werk dat hij al meer dan 10 jaar doet? Juist, immigratie…

Maar blijkbaar is dat de belangrijkste graadmeter om de voor ons beste vergunning te krijgen. Voor je diploma krijg je een score die bepaalt of je in aanmerking komt. Pas als we die score hebben kunnen we met het eigenlijke visum beginnen. Pas als dat in orde is, kan ik een partnervisum aanvragen.

Maar zo blijven we bezig. Wat zou een mens anders doen terwijl Donna de kusten van Nieuw-Zeeland kust en ons in de gietende regen gegijzeld houdt?

Een verwarming zou in deze best leuk zijn en ondanks alles kijken we een beetje jaloers naar de afzichtelijke kuiptenten die hier op alle boten wedijveren om de ‘Popemobielprijs 2017’ of de ‘VerandaOpBoten Award’, de ‘Kweekeenseentomaataanboord-medaille’ of de ‘WieHeeftDeLelijkste-onderscheiding'. Zij zitten tenminste afgeschermd van al die winterse elementen!


LEES OOK



It takes a fool (or two)

… not to change his mind.

 

De laatste weken lijken we in een soort van luchtledigheid te leven. Besluiteloos, onzeker, twijfelend. Net zoals alle cruisers die maar niet kunnen vertrekken uit Nieuw-Zeeland. Depressies, cyclonen en tropische stormen blijven het weerbeeld beheersen.

 

Ankerplekken en marina’s liggen tjokvol, immigratie houdt zich klaar voor een zondvloed aan uitklarende cruisers, de bezetting wordt verdrievoudigd, vakantiedagen worden ingetrokken. Maar elk weergat dat de exodus uit Nieuw-Zeeland zou kunnen aankondigen verwordt tot een nietig gat van amper 2 dagen.